Iedereen heeft (hopelijk) die ene persoon in hun leven gehad. Misschien was het een grootouder, een leraar of een collega. Iemand ouder, met meer geduld, wijzer. Iemand die je verstond toen je jong was, en zocht naar antwoorden. Iemand die je de raad gaf die je hielp je weg te vinden. Voor Mitch Albom was die persoon Morrie Schwartz, zijn professor.
Twintig jaar na zijn laatste lessen van deze professor komt Albom terug in contact met zijn oude mentor, tijdens de laatste maanden van diens leven. Elke dinsdag geeft Albom een reeks colleges, zoals toen, maar dit keer met een groter onderwerp: lessen over het leven.
Sec, droog, zakelijk, vertelt Albom in Tuesdays With Morrie hoe hij zijn professor terugvindt, en via hem een nieuwe weg in zijn leven vindt. Zonder ooit pedant, overbearing, zagerig te worden, geeft de auteur een reeks clichés nieuwe vorm.
Daarbij kan een zekere “suspension of disbelief” noodzakelijk zijn – cynisme heeft in Tuesdays with Morrie geen plaats. Het leest, per slot van rekening, een beetje als een Hallmark-kaart met minder frulletjes.
Diezelfde eenvoud is echter net wat de wijsheden zo sprekend maakt – zonder zever, met context krijgen ze net dat extra beetje waarheid. Een veranderd perspectief krijgt de lezer er gratis bij.